Jan Jansz Jonge
Jan Jansz Jonge,
geb. op 23-11-1698 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 23-11-1698 te Huijsen.- Vader:
Jan Jansz Jonge alias Koetsier, zn. van Jan Jansz Jonge en Neeltje Cornelis ,
geb. in 1670 te Huijzen; Koptienden Eerste: 1698-55,
Gereformeerde Gemeente,
Belijdenis: 27-03-1701,
ovl. op 06-11-1727 te Huijsen;DTB-20; Koptienden Laatste: 1734-32,
begr. op 11-11-1727 te Huijsen; DTB-12-Begraven- Impost f 30,-,
, -
JAN JANSZ JONGE
Huizen Koptienden (1698-55 1734-32):
1698-55: v. Claes Jacobsz Jongerden 4 cop
1699-55: v. Goossen Lambertsz Claesz 1 cop
- v. Neeltje Gerrits 3 cop
1700-55: Situatie: 1 Spt
1702-55: v. Claes Lambert Claesz 5 cop 1/2
- v. Lambert Rutten Doorn 4 cop 1/2
- Situatie: 2 Spt 2 cop
1704-42: v. Willem Jansz Boor 2 cop
1704-34: v. Gerrit Jansz Backer 4 cop
1704-47: v. Claes Lambertsz Claesz 5 cop 1/2
- Verkregen van onbekende 2 cop 1/8
1704-55: Situatie: 3 Spt 7 cop 5/8
- v. Willem Meijnsz 2 cop
- v. Lubbert Jacobsz 2 cop
1705-55: Situatie: 4 Spt 3 cop 5/8
1707-55: v. Hendrick Jacobsz (Hendricksz) 1 Spt 1 cop
- Situatie: 5 Spt 4 cop 5/8
1708-55: op Cornelis Jacobsz Celewigh 6 cop
- Situatie: 4 Spt 6 cop 5/8
1714-36: v. Wijchert Cornelisz Backer 3 cop 1/4
- Situatie: 5 Spt 1 cop 7/8
1715-32: op Gerrit Jacobsz Snijder 5 cop
- Situatie: 4 Spt 4 cop 7/8
1721-20: Romijns op Numeriek: Er staat: 4 Spt 5 cop
- v. Cornelis Cornelis Cornelisz 5 cop 1/4
Situatie: 5 Spt 2 cop 1/4
1724-32 op de heer Jacobus van Hoorn 3 cop
Situatie: 4 Spt 7 kop 1/4
1734-32: erfenis op Gerrit Jacobsz Snijder 4 Spt 7 kop 1/4
-
ORA-184-3195A229; 22-10-1698: Compareerden de heren Jan Diepgront en Goossen Mol bij de gereghte der Stadt Muijden gestelde Curateurs over de geabandonneerde boeldel van Claes Rijcken Brakel en Gooltje Jacobs desselfs nagelaten weduwe, te
kennen gevende dat voorn Claes Rijcken Brakel in leven vercoght hadde aen Jan Jansz Jonge seecker huijse eb erve gelegen binnen dese dorpe naest Gerrit Coetsier ten Noorden ende gemene wegh ofte Johannes Dircksz ten suijden. enz. voor f 900 en
2 silveren lepels
-
ORA-184-3196A045; 18-02-1701: Gijsbertje Cornelis weduwe van Wijchert Cornelisz Backer voor haarzelf en Evert Goossensz getrouwd met Dirckje Wijcherts dochter en erfgenaam van Wijchert Cornelisz Backer alsmede Ebbe Willemsz Koij en Dirck
Cornelisz d'Oude als voogden over het weeskind van Wijchert Cornelisz Backer verwekt bij Lijsbet Claes, alsmede Jacob Lambertsz Smit en Jan Jansz Jonge als voogden over de nagelaten kinderen van dezelfde Wijchert Cornelisz Backer verwekt bij de
voorn Gijsbertje Claes/moet zijn Cornelis, verklaarden getransporteert te hebben aan Wijchert Jacobsz Backer een stuk grond voor f 196
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 27-03-1701: aangenomen op Belijdenis: Jan Jansen Jonge en Gerretien Cornelis; echteluijden
-
ONA-3720A054; 01-10-1705: Dirck Cornelisz de Oude, Ebbe Willemsz Koij, Jan Jansz de Jonge, Jan Uijttenhoven en Aart Gerritsz jegenwoordige regerend schepenen des dorps huijsen verklaarden op verzoek van Lambert Killewigh schout des voorsz dorps
ofte wel de Ed. heer en Mr. Hendrick Hooft drossaar tot Muijden ende Baljuw van Gooijlandt dat Ebbe Willemsz Koij en Aart Gerritsz dat zij ten huize van den officier Killewigh op 30 juni j.l. door Claas Jacobsz Swart Mr. Chirurgijn tot
Hilversum in 't generaal zijn gescholden en openlijck uijtgemaackt voor schelmen
-
ORA-184-3184A091; 16-01-1706: Wij ondergetekenden Ebbe Koij, Jan Jansz Jonge en Aert Gerritsz schepenen tot Huijsen attesteren en verclaeren bij desen bij den eedt tern aenvanck van onse voorsz bedieninge gedaen ter requisitie van den buijremr
deses dorps hoe waer is, dat de gemeente van Goijlandt door de ingesetenen van desen dorpe erfgoijers sijnde wiens voorouders van allen oude tijden het reght van de voorsz gemeente gehadt hebben, met haer beesten wert beschaert ofte beweijt,
sonder onderscheijt off deselve ingesetene sijn behuijst off belant, en thiende betalen off niet, en dat binnen onse dorpe woonaghtig sijn aght personen, nacomelingen van voorouders die van allen oude tijden bekent sijn reght te hebben totte
voorsz gemeente en dat deselve de gemeent in den voorleden jare 1705 door hare beesten hebben beschaert ofte beweijt alschoon maer huijs en geen lant hebben.
Dat van gelijcke binnen onsen dorpe wonen vijff personen nacomelingen als voren dewelcke wel lant en geen huijs hebben en noghtans de voorsz gemeente inden voorsz jare 1705 door hare beesten hebben beschaert. enz. Geen namen
-
Huizen-DTB-19-Lidmaten-1708; Onder Eijnde; Jan Jansz Kouts en Gerretien Cornelis; echteluijden
-
ORA-184-3176; 05-01-1709: Vermits Pieter Jansz Boor wegens sieckte versoght heeft te worden ontslagen van sijne vooghdij over de kinderen van Theunis Jacobsz en Bijtje Jans in leven egteluijden tot Oude Bussum, in desselfs plaetse nevens Dirck
Cornelisz d'Oude tot mede vooght hebben gestelt Jan Jansz Jonge
-
ORA-184-3176; 25-04-1710: Tot vooghden over het nagelaten kind van Cornelis Cornelisz de Jongh verweckt bij Matje Albertsz werden gestelt Jan Jansz Jonge en Mr. Lucas Swart
-
ORA-184-3197A097; 09-05-1710: Gijsbert Tijmensz verkocht zeker aan Jan Jansz Jonge stuk maatland gelegen op Bussumerangereght gemeen met een swat van de kerk te Naarden en 2 swat van de erven van Dominee? van Houten, belent Lambert Killewigh
ten z. en de erven van Dom. van Houten ten n. voor f 275
-
ONA-3725A033; 16-12-1710: Verklaaringe ter regulatie van Burgermr. & Vroedschappen van de n Bannen van OostSaanen en OostSardam, gegeven op den 16-12-1710 bij Jan Janze de Jongh (herhaaldelijk scheepen geweest sinds 1697), Lucas de Swart (sinds
1697), en Claas Jaap Jongerden (sinds 1708) alle regeerende scheepenen des dorps Huijsen
-
ORA-184-3176; 24-10-1711: Vermits Cornelis Willemsz Evertsz is comen te overlijden die nevens Pieter Gerritsz Snijder vooght was over het nagelaten kint van Jacob Gerritsz Snijder verweckt bij Maghteltje Hendricks, soo wert gestelt Jan Jansz
Jonge
-
Kroniek L.R. Lustigh-176-1527-Folio-15; want Ik in dese voortijt, en dat wel op den 15 april deses Jaars 1713, en dat oock wel op een Extraordinarie wijse van onse Schout Lambert keelwigh en van onse buijrmeesters Jan Jans Jonge en Wijgert
Jacobsz backer, en van onse regerende schepenen was aengestelt, om Huijsermaat, naardermaat, en bussemermaat, te grippelen te zuijveren, te reijnigen, en alle watergangen te maken dat sij door onse duijkers onverhindert komen in de zuijderzee
uijt lossen, ende soo als Ik op den 20 April daar mede besigh was, soo komt de buijrmr Jan Jans Jonge, eens bij mij, en ruijkende den stanck die de besmette wateren en gront van haar gaven, soo seijde hij buijrmrr tegens mij, hoe stinck het
hier alsoo, waarop Ik hem Antwoorde Ja buijrmr het stinckt hier meer als plagt te doen, want alle morgen soo verneem soo verneem Ik sulcken scherp bijtende en fenijnig drijvende Lugt in mijn ogen enz
-
ORA-184-3216A016; 12-05-1713: Acte van scheijding. Jan Teunisz weduwenaer van Bijtje Jans die eerst weduwe was van Teunis Jacobsz wonende tot Oud Bussum ter eenre ende Dirk Cornelisz en Jan Jansz Jonge voogden over de kinderen bij Teunis
Jacobsz en Bijtje Jans nagelaten ter andere sijde; land
-
ORA-184-3216A014; 01-12-1713: Verclaringe voor Cornelis Aertsz en Jan Jacobsz Man Schepenen des dorps Huijsen bij Ebbe Willemsz Koij, Jan Jansz Jonge, Jacob Killewigh, Dirck Cornelisz d'Oude, Jan Vergoes, Willem Gijsbertsz, Jan Gerritsz Smit en
Gerrit Jacobsz alle reders en koopluijden binnen dese dorpe.
- dog dat deselve veerschippers buijten twijffel bij mankement van scheepen, al een geruijme tijd nagelaten hebben des dingsdag herwaarts te vaeren, maer in tegendeel op den woensdag of donderdag
- Dat gemelde schippers en speciael veerschipper Arij Mechielsz in de fout gaat; beschonken
-
ORA-184-Dorp betaald voortaan de verpondingen van het land toebehorende aan de kerk. Veel handtekeningen
-
ORA-184-3198A333; 11-06-1723: Compareerden voor Hendrik van Weerlanden schout mitsgaders Cornelis dirksz en Rutt Perk schepenen in Huijsen Jan Jansz Jonge als in huijwelijk hebbende Gerritje Cornelis, mitsgaders Eefje Cornelis, Biltje Cornelis,
Willem Cornelisz, Elbert Cornelisz, Neeltje Cornelis, Rutt Jansz Timmer als in huijwelijk hebbende Aaltje Cornelis, en verclaarde sij comparanten vercogt en mitsdesen ten vollen eijgendom te lederen en te transporteren aan de Hr. Jacobus van
Hoorn Predikant onder de protestante Mennisten tot Amsterdam seker huijs en erve staande en gelegen binnen dorpe belent Claas Pietersz Goijer ten Noorden en de Wed. Pieter Hendriksz Vos ten suijden; voor 459:-
-
ORA-184-3199A034; 04-05-1724: Compareerden voor Hendrik van Weerland schout mitsgaders Pieter Melsz Boor en Wijgert Jansz Doorn schepenen in Huijsen, Aaltje Jans weduwe van Willem Tijmensz verklaarde verkocht te hebben aan Jan Jansz Jonge een
camp maatland voor f 2900:-
-
ORA-184-3217A026; 26-01-1725: De E. Jan Jansz de Jonge (55) oud Buijrmeester en regerend Raad des voorn. dorps mitsgaders Trijntje Cornelis Coopman (53) huijsvrouw van Tijs Jansz Doorn verklaarden ter requisitie van Elisabet Gijsberts Schouten
wonende tot Amsterdam dat requirante enige en nagelaten dogter is van wijlen Gijsbert (ddorgehaald Willemsz) Schouten en Aagje Wouters, welke voorn: Gijsbert (ddorgehaald Willemsz) Schouten een kassemaker was binnen Amsterdam. Tevens
verklaarde laaste comparant dat de overleden vader van Johannes en van Jacobus (Willemsz) Bus, van Leijden, genaamt Willem Willemsz de eijge volle broeder is geweest van wijlen voorn: Gijsbert Schouten vader van de requirante in dese.
-
Huizen-DTB-20-Begraven; 06-11-1727: Jan Janse de Jonge of Koetsier; Lidtmt. 24
Huizen-DTB-12-Impost op Begraven; 11-09-1727: Jan Jansz Jonge; ontf. f 30,-
-
ONA-3731A009; 11-06-1728: Procuratie Gerritje Cornelis weduwe van Jan Jansz Jonge in leven Coopman en reeder alhier, maakt machtig Gerrit Jacobsz Snijder, Coopman en reeder mede woonagtig alhier om de penningen te ontvange voor huijshuijr,
landhuijr, inetresten van obligaties. Gepasseert in Huijsen in presente van Hendrick Gerrit Louwe en Jacob Albertsz
-
ONA-3731A095; 21-09-1731: Testament Gerritje Cornelis weduwe van en boedelhoudster van wijlen Jan Jansz Jonge in leven Buijrmeester van den dorpe Huijsen, wonende tot Huijsen, institueert tot enige erfgenaam haar enige dochter en kind verwekt
bij haar overleden man Jan Jansz Jonge, genaamt Jannetje Jans de Jonge getrouwt met Gerrit Jacobsz Snijder. Getuigen Hendrik Gerrit Louwen en Jacob Albertsz
-
ORA-184-3218A091; 23-06-1733: Hendrik Gerritsz Louwen (62) wonende alhier verklaardeter requisitie van Hendrik van Weerland schout, dat ten tijde dat Gerrit Crijnen Coetsier nog in Leven bevonden en eijgenaar was van het huijs en erve van de
requirant staande binnen dit Dorp, alwaar met haar huijs en erve ten suijden van het voorgemelde gelegen is Gerritje Cornelis nu weduwe van Jan Jansz Jonge, ook ten tijd wanneer Arnoldus Spil eijgenaar en bewoonder was van het gesegde huijs van
de requirant, dat er aan de suijdmuur van het huijs van de requirant altijd een hoenderloop gemaakt van latten was. Op 19-03-1733 door Gerrit Jacobsz Snijder in weerwil van de requirant is afgebroken en weggeslagen.
... in persoon heeft bevonden Jan Jansz Jonge, waarvan de dogter getrouwt is met de voorsz. Gerrit Jacobsz Snijder, en welke Jan Jansz Jonge doenmaals eijgenaar was van het huijs (nu behorende desselfs weduwe) staande ten suijden van het huijs
van de requirant.
Mede compareerden Tijmen van Duijne meester Timmerman en Jan Melsz Boor meester Timmerman
-
SAGV155.2-ORA-3240-blz. 370; 09-07-1736: Gerrit Jacobsz Snijder als in huwelijk hebbende Jannetje Jonge eenige en universeele erffgenaem van Jan Jansz Jonge, en die qualiteit eijsser CONTRA Pieter Tijmensz Minjeur principael en Willempje
Willems weduwe van Jan Tijmensz Minjeuer en Tijmen Jansz Minjeur borge; betaling van f 250,- volgens obligatie d.d. 24-05-1710
-
SAGV155.2-ORA-3241-blz. 80; 23-12-1743: Gerrit Jacobsz Snijder woonagtig tot Huijzen als erfgenaam uijt hoofde van zijn huijsvrouw Jannetje Jans, van zijn schoonmoeder wijlen Gerritje Cornelis in leven weduwe Jan Jansz de Jonge eijsser CONTRA
Pieter Cornelisz Soon gedaagde; betreft betaling van f 1.000,-,
tr. op 11-10-1692 te Huijsen.
- Moeder:
Gerritje Cornelis , dr. van Cornelis Cornelis Cornelisz en Lambertje Elberts Vos,
geb. in 1670,
Gereformeerde Gemeente,
Belijdenis: 27-03-1701,
ovl. op 27-02-1734 te Huijsen; DTB-20,
begr. op 04-03-1734 te Huijsen;DTB-13-Begraven- Impost f 30,-,
, -
ONA-3715A51; 18-01-1696: Testament Cornelis Cornelisz en Lambertien Elberts echteluijden binnen huijsen; benoemen Aafje Cornelis, Beletien Cornelis, Willem Cornelisz en Elbert Cornelisz mitsgaders Gerretien, Neeltien en Aaltien Cornelis alle
kinderen van haar testateuren ieder voor 1/7 part; getuigen Jan Teeuwisz en Pieter Hendricksz Vos
-
ORA-184-3198A333; 11-06-1723
-
ONA-3731A95; 21-09-1731: Testament
-
ORA-1843218A091; 23-06-1733
-
SAGV155.2-ORA-3241-blz. 80; 23-12-1743: Gerrit Jacobsz Snijder woonagtig tot Huijzen als erfgenaam uijt hoofde van zijn huijsvrouw Jannetje Jans, van zijn schoonmoeder wijlen Gerritje Cornelis in leven weduwe Jan Jansz de Jonge eijsser CONTRA
Pieter Cornelisz Soon gedaagde; betreft betaling van f 1.000,-
-
SAGV155.2 -3256, Transporten, blz. 21A, 03-06-1744:
de Jonge, Jans, Jannetje, Vrouw, echtgenote
de Jonge, Jansz, Jan, Man, overleden, echtgenoot
Cornelis, Gerritje, Vrouw, overleden, Erflaatster
Soon, Corn[elisz], Pieter, Man, Debiteur
Snijder, Jacobz, Gerrit, Man, comparant.
>